Categorie A

Categorie A

Categorie A   Als je op 31 januari 2008 nog geen 12 jaar bent, dan hoor je bij categorie A.

Het thema is "Een marsman op aarde".
Dit is de titel van een gedicht van Jotie. Het ganse gedicht kan je lezen in de dichtbundel "Junkieverdriet" of onderaan deze pagina.
Maar je krijgt de absolute vrijheid om te doen met dit thema wat je wil.
De winnaar in deze categorie krijgt van ons 150 euro en ook de 2de en 3de krijgen nog een mooie prijs.
Je gedicht moet ons bereiken voor 31 januari 2008. 31 januari is de Nationale Gedichtendag, hét poëziefeest van Vlaanderen en Nederland. Dan staat de poëzie een dag lang in het zonnetje (zie ook www.gedichtendag.org of www.poeziecentrum.be).

 

Hoe stuur je het op?
Elke deelnemer mag maximum drie originele Nederlandstalige gedichten inzenden. Deze gedichten mogen nog niet eerder gepubliceerd of bekroond zijn.
Op de achterzijde van je gedicht schrijf je een schuilnaam en je echte geboortedatum.
En je moet ze in vijfvoud opsturen naar Jotie T'Hooft Poëzieprijs, Gentstraat 115, B-9700 Oudenaarde.
Bij je gedicht of gedichten voeg je ook een dichtgekleefde omslag met op de buitenkant je schuilnaam en binnenin een blad met daarop je echte naam, adres en telefoonnummer.
Voeg er a.u.b. ook drie postzegels van het gangbare tarief bij.
Op vrijdag 9 mei 2008, de verjaardag van Jotie, worden dan de winnaars bekendgemaakt. Alle deelnemers zullen uitgenodigd worden op deze prijsuitreiking. De winnaars worden persoonlijk gecontacteerd.
 
De leden van jullie jury zullen het schoonste gedicht kiezen. De uitspraak van de jury is bindend. De jury eigent zich het recht toe deelnemers te weigeren of prijzen niet toe te kennen als er onregelmatigheden worden vastgesteld.
 
Elke deelnemer onderwerpt zich aan dit reglement.

 

Een marsman op aarde
 
Altijd het afgewend zijn, het leven
In een landschap dat ik niet ken,
Verscheurd door de schuld
En verlangen naar het einde
Van de twijfel die ik ben.
 
Altijd hongerig in deze platgebrande,
Nietige wereld waarin ik niets herken
En zoek naar de onrust die mij heeft bepaald
Maar waarvan ik blijf afgewend, kortademig
En door geen mens gekend.
 
En ik ben alleen, zoals enkel die mens
Alleen was, poging tussen einde en begin.
Na de behaaglijke blindheid jeugd
De zure geur van zoveel vrouwen
Die niets in mij ontstaken dan nacht,
 
Dan kortstondig stamelen voor de stilte.
Ik heb niemand gekend en niemand kent mij.
Geen antwoord: echo's, spiegelingen, rook.
Gebeente staat stijf in mijn vlees
Zoals ik in de anderen doodstil
 
Wachtend op het langzaam ontbloten.